België financiert momenteel zes religies (katholiek, protestants, joods, anglicaans, orthodox en islamitisch), waaraan “georganiseerd secularisme” moet worden toegevoegd.
Maar de laatste jaren hebben ook twee andere geloofsgemeenschappen erkenningsprocedures opgestart: de Belgische Boeddhistische Unie (als niet-confessionele filosofische organisatie) en het Hindoeïstische Forum van België. Deze procedures komen echter maar langzaam van de grond, want de boeddhisten wachten al sinds 20062 en de hindoes sinds 2013. Jehovah “s Getuigen vinden dat ze gediscrimineerd worden en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft hen onlangs in het gelijk gesteld. In Brussel kunnen sinds 2018 alleen erkende religies profiteren van belastingvrijstelling op hun bezittingen, wat betekent dat Jehovah” s Getuigen worden “gediscrimineerd”, omdat ze niet van deze vrijstelling profiteren.
Betekent dit dat het huidige systeem zijn nut heeft overleefd? Of zou het bescheidener zijn om het te hervormen? Hoe kunnen we de onpartijdigheid van de staat en de gelijke behandeling van verschillende veroordelingen garanderen in een maatschappij waar het aantal gezinnen met veroordelingen voortdurend toeneemt?